"five (5)" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	five (5)	vijf
	five hundred (500)	vijfhonderd
	one hundred and five (105)	honderdvijf
	four hundred and five (405)	vierhonderdvijf
	fifteen (15)	vijftien
	ten past five	tien over vijf
	twenty-five (25)	vijfentwintig
	from three o’clock to five o’clock	van drie uur tot vijf uur
	five thousand (5,000)	vijfduizend
	thirty-five (35)	vijfendertig
	forty-five (45)	vijfenveertig
	half past four	half vijf
	five to eight	vijf voor acht
	five to four	vijf voor vier
	twenty five past two	vijf voor half drie
	twenty five past six	vijf voor half zeven
	eighty-five (85)	vijfentachtig
	fifty-five (55)	vijfenvijftig
	sixty-five (65)	vijfenzestig
	seventy-five (75)	vijfenzeventig