Buildings Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the embassy	de ambassade
	the prison	de gevangenis
	the rental price	de huurprijs
	the library	de bibliotheek
	prison system	gevangeniswezen
	the new prison	de nieuwe gevangenis
	the post office	het postkantoor
	The bus stops close to the library.	De bus stopt dicht bij de bibliotheek.
	The house started shaking.	Het huis begon te trillen.
	I want to talk to the British embassy.	Ik wil met de Britse ambassade spreken.
	The barn was struck by lightning.	De schuur werd getroffen door bliksem.
	They built this library in 2013.	Deze bibliotheek werd gebouwd in 2013.
	Now the tomcat was the master of the house, and the hen was mistress, and they always said, “We and the world,”	En de kater was heer in huis, en de kip was er zo goed als vrouw, en altijd zeiden zij: «Wij en de wereld!»
	the nice house	het leuke huis
	the town hall	het raadhuis
	That gray building?	Dat grijze gebouw?
	hospital admission	ziekenhuisopname
	That house isn’t for sale.	Dat huis is niet te koop.
	the appartment	het appartement
	The first round is on the house.	Het eerste rondje is van het huis.