Understand spoken Dutch

"long (long form)" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
the tall woman de lange vrouw
a tall woman een lange vrouw
It’s a very long flight. Het is een hele lange vlucht.
a long black snake een lange, zwarte slang
a long goose feather een lange ganzenveer
a long tail een lange staart
a long coat with pinstripe een lange mantel met krijtstreep
a long nightgown een lange nachtpon
a long, wooden spoon een lange, houten lepel
Tom looked at the tall man suspiciously. Tom keek argwanend naar de lange man.
It was summer, the corn was ripe, the hay stood on the green pastures and the stork was walking on its long, red legs and talking Egyptian; because he had learned this language from his mother. Het was zomer, het koren was rijp, het hooi stond op de groene weiden aan oppers, en de ooievaar liep op zijn lange, rode poten en praatte Egyptisch; want deze taal had hij van zijn moeder geleerd.
One of them fell down and formed a bright streak of fire. één daarvan viel naar beneden en vormde een lange, vurige streek.
They were bright white and had long, flexible necks: they were swans Zij waren spierwit en hadden lange, buigzame halzen: het waren zwanen
The Dutch royal house has a long history. Het Nederlandse vorstenhuis heeft een lange geschiedenis.
and before he well knew how it had happened, he found himself in a large garden, in which fragrant elders bent their long green branches down to the water en voordat het beest het recht wist, bevond het zich in een grote tuin, waarin de vlierbomen geurden en hun lange, groene takken tot in het water neerbogen
They uttered a strange noise, spread their beautiful, long wings and flew away from those cold regions to warmer countries Zij lieten een eigenaardig geluid horen, spreidden hun prachtige, lange vleugels uit en trokken uit de koude streken naar warmere landen
a long history een lange voorgeschiedenis