Skip to main content
Understand spoken Dutch
Search
Understand spoken Dutch
Main navigation
Show — Main navigation
Hide — Main navigation
Home
Online Lessons
Dictionary
FAQ
Donate
Blog
Testimonials
Contact
Breadcrumb
Home
Online Lessons
Themed Dutch Courses
Miscellaneous Courses
Miscellaneous 27 Course
Miscellaneous 27 Examples Lesson
Miscellaneous 27 Examples Dutch lesson
Primary tabs
Summary
Quiz
Content
Secondary tabs
All
Words
Phrases
Recording
English
Dutch
Status
the language
de taal
a language
een taal
just like
net als
the wall
de muur
too much
teveel
how much?
hoeveel?
to want
(long form)
te willen
a bit
een beetje
a little
een beetje
These are Tom’s.
Deze zijn van Tom.
a little money
een beetje geld
with real people
met echte mensen
He opened the door.
Hij deed de deur open.
You shouldn’t eat to excess.
Je mag niet te veel eten.
I did it for the money.
Ik deed het voor het geld.
Those children are also Tom’s.
Deze kinderen zijn ook van Tom.
a little more please
een beetje meer alstublieft
I would like to see that.
Ik zou dat wel eens willen zien.
I would like to see her every day.
Ik zou haar elke dag willen zien.
Even if I wanted to, I couldn’t do that.
Zelfs als ik het zou willen, zou ik dat niet kunnen doen.