"moment" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the moment	het moment
	What country is Tom in right now?	In welk land is Tom op dit moment?
	The problem can occur at any time.	Het probleem kan op elk moment optreden.
	the same time	hetzelfde moment
	Were you married at that time?	Was je op dat moment getrouwd?
	I bet he’s bragging right now	ik wed dat hij op dit moment zit op te scheppen
	catch-up moment	inhaalmoment
	Cherish every moment.	Koester elk moment.
	An earthquake can happen at any time.	Een aardbeving kan elk moment gebeuren.
	You cannot save the game at this moment.	Je kan het spel op dit moment niet opslaan.
	At the moment you can only change your membership via the contact form or in the club.	Je kunt op dit moment alleen je lidmaatschap wijzigen via het contactformulier of in de club.
	Now the time has come for Esperanto, because communication is becoming increasingly important in the world.	Nu is het moment gekomen voor Esperanto, want communicatie wordt almaar belangrijker in de wereld.