Nouns 257 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the attacker	de aanvaller
	the unions	de vakbonden
	the grandson	de kleinzoon
	the poltergeist	de klopgeest
	the fairs	de kermissen
	the guilty one	de schuldige
	the ringing ears; the tinnitus	het oorsuizen
	the personnel	het personeel
	the emergency	het noodgeval
	left lane	linkerrijstrook
	I’m the guilty one.	Ik ben de schuldige.
	It’s an emergency.	Het is een noodgeval.
	an increase in tinnitus	een toename van oorsuizen
	The customer was treated respectfully by the staff.	De klant werd respectvol bejegend door het personeel.