Nouns 31 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the system	het systeem
	the whole system	het hele systeem
	the new system	het nieuw systeem
	the internet	het internet
	the television	de televisie
	the contest	de wedstrijd
	a television	een televisie
	the dentist	de tandarts
	internet behaviour	internetgedrag
	a dentist	een tandarts
	the opportunity	de gelegenheid
	the apple juice	het appelsap
	the razor	het scheermes
	a razor	een scheermes
	Do you like watching TV?	Kijk je graag televisie?
	Which team will win the game?	Welk team zal de wedstrijd winnen?
	I need a razor.	Ik heb een scheermes nodig.
	We have a great opportunity.	We hebben een mooie gelegenheid.
	I’ll make use of this opportunity.	Ik zal van deze gelegenheid gebruikmaken.