Office 3 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the meeting	de bijeenkomst
	the first meeting	de eerste bijeenkomst
	the European meeting	de Europese bijeenkomst
	the messages	de berichten
	the smartphone	de smartphone
	new messages	nieuwe berichten
	the calculator	de rekenmachine
	a calculator	een rekenmachine
	She no longer responded to my messages.	Ze reageerde niet meer op mijn berichten.
	I don’t have enough money to buy the latest smartphone.	Ik heb niet genoeg geld om de laatste smartphone te kopen.
	The teacher lets students use a calculator on the exam.	De leerkracht liet de studenten een rekenmachine gebruiken op het examen.
	the pen	de pen
	the scissors	de schaar
	the stapler	de nietje
	Is that your pen?	Is dat jouw pen?
	a stapler	een nietje
	the workload	de workload
	the waste-paper basket	de prullenbak
	the project file	de projectfiche
	Hand me the glue and the scissors in that box, please.	Geef me alsjeblieft de lijm en de schaar die in die doos zitten.