"restaurant" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	restaurant	restaurant
	the restaurant	het restaurant
	It is a restaurant.	Het is een restaurant.
	Where is the restaurant?	Waar is het restaurant?
	I can recommend this restaurant.	Ik kan dit restaurant aanbevelen.
	Can you recommend a restaurant?	Kun je een restaurant aanbevelen?
	Can you recommend a good restaurant?	Kun je een goed restaurant aanbevelen?
	a small restaurant	een klein restaurant
	We’re going to a restaurant in town.	We gaan naar een restaurant in de stad.
	another restaurant	een ander restaurant
	I found this restaurant by chance.	Ik vond dit restaurant toevallig.
	The operation of the restaurant is a family business.	De uitbating van het restaurant is een familiezaak.
	By the way, the owner of this restaurant is a friend of mine.	De eigenaar van dit restaurant is trouwens een vriend van me.
	Can you recommend a restaurant with a good view?	Kun je een restaurant aanbevelen met een goed uitzicht?
	The operation of the new restaurant started last month.	De uitbating van het nieuwe restaurant begon vorige maand.
	fast food restaurant	fastfood restaurant
	I work in a Thai restaurant.	Ik werk in een Thais restaurant.
	pancake restaurant	pannenkoekenrestaurant
	Can you recommend a cheap restaurant?	Kun je een goedkoop restaurant aanbevelen?
	Can you recommend an authentic restaurant?	Kun je een authentiek restaurant aanbevelen?