Verbs (Present tense, 3rd person singular) 23 Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	Her tissue is healing quickly.	Haar weefsel herstelt snel.
	You never forget how to ride a bike.	Fietsen verleert men nooit.
	Every religion prohibits murder.	Elke religie verbiedt moord.
	Tom is losing consciousness.	Tom verliest het bewustzijn.
	Kerry rejects Syria conditions	Kerry verwerpt voorwaarden Syrië
	He’s trickier than he looks.	Hij is listiger dan hij eruitziet.
	Why does your anger burn against us?	Waarom ontbrandt uw toorn tegen ons?
	She practices divination with tarot cards.	Zij beoefent waarzeggerij met tarotkaarten.