"about" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	Did Tom tell you about his parents?	Heeft Tom je over zijn ouders verteld?
	She stumbled over her words.	Ze is gestruikeld over haar woorden.
	He didn’t seem to be worried about this.	Hij lijkt zich hier geen zorgen over te maken.
	Can you tell us more about your products?	Kan je ons meer vertellen over je producten?
	He tripped over his own feet.	Hij is gestruikeld over zijn eigen voeten.
	twenty five to eleven	vijf over half elf
	quarter past four	kwart over vier
	It’s quarter past eight.	Het is kwart over acht.
	You don’t have to worry about a thing like that.	Je hoeft je niet over zoiets zorgen te maken.
	He tripped over a stone.	Hij is over een steen gestruikeld.
	He spoke mockingly of her achievements.	Hij sprak spottend over haar prestaties.
	You know more about Tom than anyone else does.	Jij weet meer over Tom dan wie dan ook.
	The horse jumped over the fence.	Het paard sprong over het hek.
	Tom tripped on a root.	Tom is over een wortel gestruikeld.
	She’s worried about her tests.	Ze maakt zich zorgen over haar toetsen.
	Now it ran away and flew over the fence.	Nu liep het weg en vloog over de schutting.
	His stance on climate change is clear.	Zijn stelling over klimaatverandering is helder.
	Students learn about stress in language classes.	Leerlingen leren over klemtoon in taallessen.
	Yanni lied about his age.	Yanni loog over zijn leeftijd.
	Not a single piece was left.	Er bleef geen enkel stukje over.