Skip to main content
Understand spoken Dutch
Search
Understand spoken Dutch
Main navigation
Show — Main navigation
Hide — Main navigation
Home
Online Lessons
Dictionary
FAQ
Donate
Blog
Testimonials
Contact
Breadcrumb
Home
Online Lessons
"had (singular)" Practice Lesson
"had (singular)" Practice Dutch lesson
Primary tabs
Summary
Quiz
Content
Secondary tabs
All
Words
Phrases
Learn
Recording
English
Dutch
Status
Tom needed something.
Tom had iets nodig.
I shouldn’t have eaten that.
Ik had dat niet moeten eten.
Yanni didn’t have a phone.
Yanni had geen telefoon.
If I had the money, I’d buy a new house.
Als ik het geld had, zou ik een nieuw huis kopen.
it had an open window
het had een open raam
The poor duckling had it very bad already.
Het arme eendje had het al heel slecht.
but he felt something towards them as he had never felt for anything else
maar toch liep het er hoog mee, zoals het nog nooit ergens mee gedaan had
You should’ve let me help you.
Je had me je moeten laten helpen.
I used to have a lot more work.
Vroeger had ik veel meer werk.
I should have come earlier.
Ik had eerder moeten komen.
You should have introduced yourself.
Je had je moeten voorstellen.
I shouldn’t have called.
Ik had niet moeten bellen.
Would you go to Boston if you had the chance to?
Zou je naar Boston gaan als je de kans had?
I shouldn’t have gotten so angry.
Ik had niet zo boos moeten worden.
You should have gotten up earlier.
Je had eerder moeten opstaan.
She was hungry enough to eat anything.
Ze had zoveel honger dat ze eender wat kon eten.
They think maybe Tom had a heart attack.
Ze denken dat Tom misschien een hartaanval had.
she hadn’t sold even one matchbox and she hadn’t brought a single penny
zij had immers geen enkel doosje lucifers verkocht en bracht geen cent mee
Although he had no experience, he did well.
Hoewel hij geen ervaring had, deed hij het goed.
I wish you had called ahead.
Ik wou dat je van tevoren had gebeld.
Pagination
Current page
1
Page
2
Page
3
Page
4
Next page
Next ›
Last page
Last »