"the" Practice Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	the companies	de ondernemingen
	the in-laws	de schoonfamilie
	The die is cast.	De teerling is geworpen.
	the visibility	de zichtbaarheid
	the manual indications	de manuele aanduidingen
	The stray cat meowed loudly.	De zwerfkat miauwde luid.
	the patron saint	de schutspatroon
	Anne is sitting in the garden reading a book.	An zit in de tuin een boek te lezen.
	The table is set for three.	De tafel is gedekt voor drie.
	The chest contained gold coins.	De kist bevatte gouden munten.
	the purest gemstone	de zuiverste edelsteen
	The king inspires awe.	De koning boezemt ontzag in.
	the different actors	de verschillende actoren
	The curse was broken.	De vloek werd verbroken.
	Fill the water trough with fresh water.	Vul de watertrog met vers water.
	The car stopped right in front of them.	De auto stopte vlak voor hen.
	Bill often sings in the bathroom.	Bill zingt vaak in de badkamer.
	He will succeed to the throne.	Hij zal de troon opvolgen.
	the immersion	de onderdompeling
	It happens in the night.	Het geschiedt in de nacht.