Understand spoken Dutch

"was" Practice Dutch lesson

Recording English Dutch Status
The lake was frozen. Het meer was bevroren.
Lit up by the blazing sun, there stood an old castle, that was surrounded by a deep canal, and from the wall to the water thick brushwood was growing. Door de glans der zon beschenen, stond daar een oud kasteel, dat door een diepe gracht omgeven was, en van de muur tot aan het water groeide dicht kreupelhout.
Tom said he thought I was lazy. Tom zei dat hij dacht dat ik lui was.
everyone was tense iedereen was gespannen
Yanni’s body was naked. Yanni zijn lichaam was naakt.
Tom’s grandfather was a slave. Toms grootvader was een slaaf.
His commitment was sincere. Zijn toezegging was oprecht.
The road was completely blocked. De weg was volledig versperd.
The toll of the pandemic was heavy. De tol van de pandemie was zwaar.
The gig was as loud as hell. Het optreden was verdomd luid.
I found out that Kate was wealthy. Ik kwam erachter dat Kate rijk was.
What they did was heroic. Wat ze deden was heldhaftig.
The top of Mt. Fuji was covered with snow. De top van de Fuji was bedekt met sneeuw.
The implication was clear. De implicatie was duidelijk.
Grandmother was completely alone. Grootmoe was moederziel alleen.
His argument was convincing. Zijn betoog was overtuigend.
their street was deserted hun straat was uitgestorven
Was that decision overdone? Was die beslissing overdreven?
The steam was scalding. De stoom was verschroeiend.
It was all one big, blissful haze. Het was allemaal een grote, zalige waas.