Adjectives Examples Dutch lesson

Recording	English	Dutch	Status
	dehydration symptoms	uitdrogingsverschijnselen
	My humility makes me proud.	Mijn nederigheid maakt me trots.
	a so-called low achiever	een zogenoemde laagpresteerder
	a little guy with mouse-coloured hair	een klein ventje met muiskleurig haar
	I am a Canadian citizen.	Ik ben een Canadees staatsburger.
	My oldest daughter’s name is Mary.	De naam van mijn oudste dochter is Mary.
	I knew you’d mess things up.	Ik wist dat je het ging verprutsen.
	Convictions are final.	Veroordelingen zijn definitief.
	All sorts of people live in Tokyo.	In Tokio wonen allerlei soorten mensen.
	a positive attitude	een positieve ingesteldheid
	about twenty minutes to complete	ongeveer twintig minuten in beslag
	The jerk on the chain was unexpected.	De ruk aan de ketting was onverwacht.
	He earns twenty dollars a day.	Hij verdient twintig dollar per dag.
	This weekend is the big unveiling.	Dit weekend is de grote onthulling.
	the options are limited	de mogelijkheden zijn beperkt
	very different views	heel verschillende opvattingen
	the offer is still valid	de aanbieding is nog steeds geldig
	That was the high point of my day.	Dat was het hoogtepunt van mijn dag.
	Is he going to high school?	Gaat hij naar de middelbare school?
	some children came running into the garden	eenige kinderen kwamen de tuin inlopen