Understand spoken Dutch

Dutch-English Dictionary - D

0 (1) 1 (9) 2 (3) A (708) B (1115) C (199) D (3927) E (1459) F (203) G (918) H (2215) I (1315) J (284) K (764) L (464) M (718) N (387) O (796) P (523) Q (2) R (386) S (1095) T (1082) U (193) V (1253) W (1130) X (3) Y (88) Z (918)
Dutch Recording English Learn
de pijp
the pipe
de pil
the pill
de pil is een voorbehoedsmiddel
the pill is a contraceptive
De piloot beheerst het vliegtuig met precisie.
The pilot controls the plane with precision.
de pindakaas
the peanut butter
de pinten
the pints
de piramide
the pyramid
de plaag
the plague
de plaats
the place
de plaatsen
the places
de placemat the placemat
De pladijs is voor de zesde keer de ‘Vis van het jaar’.
Plaice is ‘Fish of the year’ for the sixth time.
de planeet
the planet
de planeten
the planets
de planning
the planning
de plaspauze
the bathroom break
de plattegrond
the map
de plechtige afstudeerceremonie
the solemn graduation ceremony
de plechtigheid
the ceremony
de plee
the loo
De pleegouders bieden een veilige thuisomgeving.
The foster parents provide a safe home environment.
De pleegouders ondersteunen de ontwikkeling van het kind.
The foster parents support the development of the child.
De pleegouders zorgen liefdevol voor het kind.
The foster parents care lovingly for the child.
de pleiter
the advocate
de plek
the place
de plekken
the spots
de ploegen
the teams
de plons
the splash
de plooi
the fold
De plotselinge ruk schudde me wakker.
The sudden jerk woke me up.
de plunderaars
the looters
De poederdons zorgt voor een gelijkmatige verdeling van de poeder.
The powder puff ensures an even distribution of the powder.
de poes
the cat; the pussycat
De poes is een huisdier.
The pussycat is a pet.
de poging
the attempt
de politici
the politicians