Dutch-English Dictionary - H

0 (1) 1 (9) 2 (3) A (711) B (1121) C (198) D (3949) E (1470) F (203) G (922) H (2232) I (1321) J (284) K (769) L (463) M (718) N (389) O (801) P (524) Q (2) R (392) S (1101) T (1084) U (193) V (1254) W (1133) X (3) Y (88) Z (925)

Dutch	English	Learn
Hoe doe je dat met je hand?	How are you doing that with your hand?	Learn
Hoe durf je zulke leugens uit te kramen!	How dare you utter such lies!	Learn
Hoe eerder hoe beter.	The sooner the better.	Learn
Hoe ga je reageren?	How will you respond?	Learn
Hoe gaan de zaken?	How are things going?	Learn
Hoe gaat het met je vader?	How is your dad?	Learn
Hoe gaat het met je?	How are you?	Learn
Hoe gaat het trouwens met je hand?	How is your hand, by the way?	Learn
Hoe gaat het?	How’s it going?	Learn
Hoe gebruikt men die kaart?	How do you use this card?	Learn
Hoe groot is je slaapkamer?	How large is your bedroom?	Learn
Hoe heet je vriend?	What is your friend’s name?	Learn
Hoe heet je?	What is your name?	Learn
Hoe heet u?	What’s your name? (formal)	Learn
Hoe hoog is dit gebouw?	How tall is this building?	Learn
Hoe houd je de kosten laag?	How do you keep costs down?	Learn
Hoe is alles?	How is everything?	Learn
Hoe is dat gebeurd?	How did it happen?	Learn
Hoe is zij?	How is she?	Learn
Hoe kan ik contact opnemen met een Japans sprekende dokter?	How can I contact a Japanese-speaking doctor?	Learn
Hoe kan ik mijn onderkin verminderen?	How can I reduce my double chin?	Learn
Hoe ken je Tom?	How do you know Tom?	Learn
Hoe kom ik bij de jeugdherberg?	How do I get to the youth hostel?	Learn
Hoe kom ik bij de luchthaven?	How do I get to the airport?	Learn
Hoe kom ik bij het Brits consulaat?	How do I get to the British consulate?	Learn
Hoe kom ik bij het busstation?	How do I get to the bus station?	Learn
Hoe kom ik bij het centrum?	How do I get to the centre?	Learn
Hoe kom ik bij het station?	How do I get to the train station?	Learn
Hoe kom ik erachter wat ik echt kan doen?	How do I find out what I can really do?	Learn
Hoe laat begint de voorstelling?	When does the show start?	Learn
Hoe laat begint u met werken?	What time do you start work?	Learn
Hoe laat gaat het dicht?	What time does it close?	Learn
Hoe laat gaat het open?	What time does it open?	Learn
Hoe laat is de sluitingstijd?	When is closing time?	Learn
Hoe laat is het avondeten?	What time is supper?	Learn
Hoe laat is het ontbijt?	What time is breakfast?	Learn